Weer een wandelfeest van WSV De Kadodders

14 oktober 2024 Wandeltochten

Zondag 27 oktober 2024

Op zondag 27 oktober a.s. organiseert wandelclub de Kadodders haar jaarlijkse herfstwandeling die vertrekt in de veilinghall in St Katelijne Waver en daarom de toepasselijke naam BelOrtawandeling kreeg. Met een gigantische parking ter beschikking is het een ideale vertrekplaats voor de verschillende afstanden van 6, 8, 14 en 20 km. De kortste afstand is ook geschikt voor rolstoelen en kinderwagens en rustposten zijn voorzien in de Vinkenhofschool in OLV Waver en in de Katharinaschool in de Generaal De Schachtstraat. Het is de bedoeling dat de wandelaars kennis maken met de mooiste kant van de gemeente. Onder meer de Hondsbossen en de Gasthuisbossen liggen op het parcours. Op de rustposten en in de grote zaal kunnen de wandelaars terecht voor een hapje en een tapje.

Vertrekken kan tussen 8 en 15 uur en de aankomen kan tot 18.00u.

De legende van Jan Kadodder

20 april 2021 Wie was Jan Kadodder?

De herkomst van onze clubnaam

Jan Kadodder was een stoere boerenzoon die in de 17e eeuw in Sint-Katelijne-Waver woonde. Volgens Kanunnik Willem-Jan De Bury (Guillielmus Burius 1618-1700) heette Jan Kadodder in feite Jan Van den Eynde.

De periode waarin Jan Kadodder leefde werd gekenmerkt door woelige politieke strubbelingen waaraan in 1648 met de vrede van Münster een einde kwam.  Dit verdrag maakte een einde aan twee oorlogen: de tachtigjarige oorlog tussen de opstandelingen in de Nederlanden en Spanje en de dertigjarige oorlog tussen een groot aantal Europese landen.

Na het beëindigen van de vijandelijkheden zwierven nog bendes huurlingen in onze contreien rond en om in hun levensonderhoud te voorzien onderhielden die strooptochten bij de plaatselijke boeren.  Eén van die roversbenden werd geleid door Kolonel Clinchamps die het voetvolk van Lorreinen leidde en de boeren rond Mechelen bestal en brandschatte.  Nadat voor de zoveelste keer een boer geklaagd had dat zijn vee gestolen of afgemaakt was, besloot Jan Kadodder in opstand te komen en hij kon een handvol boeren overtuigen om Clinchamps te bestrijden.  De bewapening van zijn boerenmilitie bestond echter slechts uit pieken, rieken, houwelen en bijlen en bijgevolg waren zij niet opgewassen tegen de manschappen van Clinchamps.  Aan de oevers van de Pasbeek (de huidige Vrouwvliet), in de buurt van de Lierse Steenweg waar nu de Colruyt is, werden ze onder musketvuur genomen en vielen de eerste gewonden. Jan’s ‘leger’ koos het hazenpad en liet hun hoofdman in de steek.  Om het vege lijf te redden, vluchtte Jan, achtervolgd door de mannen van Clinchamps, naar de Nekkerspoel en om te ontsnappen aan zijn belagers, verschool Jan zich onder een mesthoop.  Van dan af werd hij Jan ‘Kadodder’ genoemd en ontleende hij zijn naam aan  alle inwoners van Sint-Katelijne-Waver.  Het is een echte geuzennaam geworden omdat de naam nu ook staat voor iemand die tegen onrechtvaardigheid en uitbuiting (het leger plunderde de moegetergde boerenbevolking) opkomt.  Jan Kadodder overleed in 1651.

   jan kadodder schilderij

Schilderij van Jan Kadodder in het museum Hof van Busleyden te Mechelen

        

En zo stond het in Gazet van Mechelen van 19 november 1947

16 maart 2021 Wie was Jan Kadodder?

OVER HANS KADODDER EN DE SLAG VAN BRUINE KRUIS

’t Was ten jare 1648.Gedurende 30 jaren had Noord-Nederland gestreden tegen Spanje om de vrijheid van zijn land bevestigen en zich te ontworstelen aan de Spaanse greep.

Van jij ’t begin van de strijd hadden duizenden Zuid-Nederlanders zich bij zijn leger gevoegd. Zonder verpozing, zonder genade, werd de oorlog voortgezet gedurende bijna een eeuw. Totdat Spanje het hoofd moest bieden en de “Oranje-banje-bleu” vlag in triomf wapperde over het vrije Nederland.

Zuid-Nederland had zijn vrijheid nog gedurende een periode van bijna twee eeuwen prijs gegeven door zich te herstellen onder de “authoriteit” van de Spaanse koning.

Op 30 januari 1648 werd de Vrede of het “tractaat” van Munster ondertekend door Filips IV; koning van Spanje en de Staten van Holland. Het tractaat helemaal ten voordele van Holland viel nadelig uit voor België dat o.m. de vrije doorvaart langs de Schelde verloor, tot grote ramp voor Antwerpen.

Mechelen kreeg de twijfelachtige eer in de lokalen van het oud paleis van de Groten Raad (Archief) de “Chambre di partie” te laten zetelen. Deze “chambre” zou scherp toezien op de uitvoering van het traktaat. Ons land was leeggehaald en inzonderheid de boeren werden aan allerlei schattingen en afpersingen onderworpen. Gebrek liet zich nijpend gevoelen. De “vrede” was nu wel ondertekend maar de bezettende soldaten stopten hun knevelarijen  en afpersingen niet, en dit onder voorwendsel van “Krijgsgerecht”. Bij ervaring weten  we wat dit alles betekent want ook de Duitsers gebruikten een stopwoord om al hun schelmerijen te vergoeilijken nl. “Es ist Krieg”.

Zo zien we dan bij ’t sluiten van de “Vrede” dat Mechelen met haar gehuchten en omgevingen vervuld was met troepen van het Statenleger die het de inwoners niet gemakkelijk maakten, doch wel integendeel eenvoudig doorgingen het volk, en niet in het minst de boeren,  uit de zuigen, deze geld en goed afpersende. Ieder werd het “beu”. Was dit ni “vrede”? Men had dat vreemde ras, die “dieren” en schelmen wel “dood kunnen zien”, maar ja hoe kon en zou men er van af kunnen geraken? En dan bijzonder dat verwenste voetvolk van Lorreinen, onder bevel van hun kolonel Clinchamps die daar gekwartierd lag aan Bruine Kruis. Die mannen, dat waren nog de grootste schelmen. Men had er nooit mee gedaan. Het was maar altijd opeisingen en geld dat de klok sloeg. Daar moest een eind aan komen.

De boeren staken de koppen bijeen. Die van het Bruine kruis mopperden niet alleen luid maar begonnen ook een campagne onder die van  St Kathelijne Waver, Walem, Duffel en Bonheiden, om gezamenlijke een plan te vormen  dat hen zou toelaten zich van de “bandieten en soldaten” af te maken. Het was meer dan tijd om wraak te nemen. En met deze bedoelingen werden vergaderingen belegd, liefst ’s avonds, in de dreven van Bruine kruis. Alle soorten plannen werden opgeworpen, vergezeld van scheldwoorden en verwensingen aan ’t adres van Lorreinen. Men moest die “van kant maken”. De ene boer zei dit, de andere weer wat anders tot dat een flinke struise boer van Sint Kathelijne Waver, nl. Jan Van den Eynde, opstonden om  stilte verzocht en met weldoordacht plan tevoorschijn kwam.

Eerst begon hij zin medeboeren moed in te spreken, daarna wakkerde hij de wraakgeest op en dan maakte hij bekend op welke wijze men “korte metten” met doe” Lorreinen zou maken. Men zou die namelijk op een vroege morgen terwijl ze slapen, onverwacht overvallen en ’t zou dan wel gelopen zijn. De uiteenzetting van Jan behaalde een reuzensucces, men wou er onmiddellijk mee beginnen maar Jan maande tot kalmte en  bezinning aan en stelde voor nog enkele voorafgaande vergaderingen te beleggen. Alles moest goed “op zijn pootjes staan”. Men zou ’ s avonds eerst wat “excerceren”, in orde leren opstappen, men zou in groepen worden  gedeeld en  ieder groepje zou ’t kamp aanvallen  aan al zijn zijden, maar “allemaal tegelijk”. En zo gezegd, zo gedaan.

Men kwam “s avonds te zamen, alles werd door Jan bestuurd zodat hij spoedig gekozen werd tot aanvoerder ofte generaal van het boerenleger. Dit leger drong aan op snelle aanval maar Jan eiste eerst wat meer kennis bij hen; eindelijk tot grote vreugde der boeren verklaarde hij plechtig dat de aanval zou plaats hebben op 5 Maart en hun dan de “victorie” verzekerd was, maar tot dan moest men wachten.. .

Eindelijk.. de zo lang verwachte dag is aangebroken. Gewapenderhand doch in stilte, komen de boeren langs alle kanten af naar Bruine Kruis. Zie, de mannen van Bruine Kruis zelve, die van Bonheiden, van Duffel, van Walem en Jan de generaal in het midden van de mannen van Kathelijne Waver. Velen voeren schoppen, gaffels en rieken, anderen dragen geweren, weer andere sabels, zoveel mogelijk van roest ontdaan, en allen scharen zich om Jan die hun moed en volharding inspreekt. De gelederen worden gevormd en  “onder of boven” “op leven en dood” zal men de vijand overrompelen.

Daar gaan ze, ze “vliegen” haast en op een “ommesien” waren de boeren over de Pasbeek. Daar lagen immers de Lorreinen gekampeerd. Onder Jan’s bevel vielen de boeren met heldenmoed aan, de wachten onschadelijk makende, doch ze maakten hierbij te veel getier en  lawaai zodat de hoofdwacht het alarm  blies en  het ganse regiment on middellijk te been was met de geladen geweren in de hand. Kolonel baron de Clinchamps zich verrast ziende en een grotere opstand vrezende, gaf het bevel op de boeren te vuren. Deze hadden zich niet hieraan verwacht en bij de losbrandingen voelden ze hun “hart” in hun blokken zinken en vluchtten nu als echte hazen, in allerlei richtingen, Jan in de steek latende.

Rondom hem lagen stervende of gekwetste boeren, waarvan het gekerm en gekreun de lucht doorboorde terwijl hij zelf van “geluk” mocht spreken, vermits de soldaten de vluchtende boeren achtervolgden en hij zelf hierdoor aan een gewisse dood ontsnapte.

Daar stond nu de Generaal ! Eén ogenblik was genoeg voor Jan om zich van het wanhopige van de toestand te overtuigen, en ’t gevaar bemerkende, waarin zijn soldaten verkeerden, die de richting der Lierse baan, Eikelenhoek en Heisbroek name, neemt hij een “moedig” besluit: hij keert hun de rug toe, laat het “hele boeltje” maar varen en vlucht nu, als een hazewind, over hagen, heggen, struiken en grachten naar de Nieuwendijk. Nooit had Jan zo “gevlogen”. Ik denk dat noch een” auto” noch een “jeep” van 165 paardenkracht en die nochtans, zo vertelt men, één der snelste voertuigen is, het tegen hem zouden hebben kunnen halen. Maar eens daar aangekomen voelde Jan zich pas veilig wanneer  hij schuil was gegaan onder de hopen stalmest die er lagen opeen gestapeld. Daaronder bracht Jan nu uren door met een bonzend hart.

En ondertussen vluchtten de overige boeren weg van ’t slagveld. Ze kenden immers al de “binnen- en processiewegskes”” en vol “antrasie” renden ze naar hun woningen terug, of beter ze vlogen er heen en wachtten aldaar met een kloppend hart de gevolgen van hun daden af. Steeds dachten ze dat de Lorreinen de klopjacht voortzetten en zij zelf spoedig bij de lurven zouden worden gevat.

Inmiddels was er hulp opgedaagd om de gekwetsten huiswaarts te voeren en te verzorgen en enkele doden werden weggevoerd, doch van de Generaal vond men geen spoor, hoe men die ook zocht. In vele gezinnen heerste wee en verdriet.

Toen de avond zeer gevorderd was kroop Jan van onder de mesthoop en keerde omzichtig naar zijn hoeve terug. Pas was dit “geweten” of ieder wou er het zijne van weten, en Jan werd gefeliciteerd om zijn flinke “ontsnapping” aan de vijand. 3Die” zegden de boeren, hadden toch hun Generaal niet kunnen snappen 8 Vanaf dit ogenblik ontving hij de naam van Hans Kadodder en de veldslag van Bruine Kruis ontving in de Mechelse geschiedenis deze van “de slag van Jan Kadodder”.

De moed van Jan, gepaard aan de zelfopoffering van de boeren, had tot niets geholpen. Mechelen en hare omgeving werden slechts de 13 juni 1648 verlost van de dwingelandij van de Staatse soldaten.

Meestal wordt de figuur van Jan Kadodder in ’t komische getrokken, wat vlak verkeerd is. Kunsthistoricus Foppens noemt hem een “stoutmoedig en dapper man, die jammer genoeg in ’t strijdvoeren onervaren was, zowel als de boeren”. Bijaldien Jan in zijn pogingen ware geslaagd zou hij in de rij der Mechelse helden zijn opgenomen, nu hij in zijn opzet, dat getuigt van echte vaderlandsliefde mislukte wordt hij genegeerd.

In ’t museum is ondergebracht een schilderij van Jan Verhoeven, dat geschonken werd aan ’t Stadsbestuur door heer Baron du Trieu de Terdonck. Hans Kadodder is er op voorgesteld terwijl zijn knecht het paard van de “Generaal” vasthoudt, en een lijstje waarop de verklaringen van de voorgestelde ”sujets” zijn aangeduid. Een spotlied bestaande uit vijf “coupletjes” is eveneens aangebracht. Het eerste daarvan luidt:

Kadodder was in groten noot

Hij was geren den in den sloot

En als hij quam uyt den sloot

zijn peerd was hem ontlopen

Doen was hij van benautheyt groot

In een mesthoop gekropen

Jan Kadodder echter is meer waard; zijn naam mag met ere vermeld en het baart dan ook geen verwondering dat voor enkele jaren de boeren van Bruine Kruis en van Ste Kathelijne Waver met fierheid zichzelf bestempelen als ”We zijn de jongens van Hans Kadodder! We hebben van “niks of niemand” verveerd ! En dat ja, hebben ze bewezen de 3e Maart 1648. Jammer dat ze toen niet wat meer ervaren waren in de “hoge” krijgskunst.

Auteur onbekend.

Goede redenen om in de winter te gaan wandelen

28 januari 2018 Algemene info

Zelfs als je in  de winter moeilijk de motivatie kunt vinden om te gaan wandelen, zullen deze  goede redenen je zeker van gedachten doen veranderen!

  1. Je verbrandt meer calorieën als het koud is

Als je je zorgen maakt over je lijn in de winter, onthoud dan dat je lichaam om warm te blijven meer calorieën verbruikt als het koud is en dat komt nog bovenop de calorieën die je spieren (bovenbenen, billen, armen) verbranden tijdens het wandelen.

2. Sporten als het koud is, is goed voor je hart

Als het koud is, stimuleert je lichaam de bloedsomloop om de lichaamstemperatuur op een constante 37°C graden te houden. Het hart moet dus harder pompen en zal zo sterker worden.

PAS OP: « Als je hartproblemen hebt, is het belangrijk om niet te veel te sporten als het koud is en warm te blijven. Je hart zal harder moeten werken dan normaal en dus meer energie gebruiken. Hierdoor zullen je spieren minder energie krijgen. Wees voorzichtig met je gezondheid! “ – Dr. Patrick Bacquaert

Lees meer

Waarom wandelen?

10 januari 2017 Algemene info

IMG_0691Met dank aan wandelen.nl

Klik op foto om hem te vergroten

De Kadodders nu ook op Facebook

21 december 2016 Algemene info

Wil je ons ook volgen op Facebook, klik dan op onderstaande link en vindt de pagina leuk.
Opgelet deze link werkt alleen als je een Facebook account hebt!

link naar Facebook

Wandelen is gezond

18 december 2015 Algemene info

Wandelen helpt…

…voor spieren en botten
Wandelen versterkt de spieren en botten en vermindert daardoor de kans op osteoporose (botontkalking). Door botten regelmatig te belasten worden ze niet alleen sterker, wie veel loopt bouwt zelfs nieuwe botmassa op. Wandelen is ook goed voor het kraakbeen, het elastische weefsel tussen de botten. Veel ouderen merken dat ze pijn hebben als ze hun gewrichten draaien, bijvoorbeeld bij het dansen. Door weinig te bewegen is het kraakbeen in de gewrichten dunner geworden. Wandelen helpt het kraakbeen op te bouwen en daardoor soepeler te bewegen.

…voor hart en bloedvaten
Dagelijks minstens een half uur wandelen verlaagt de bloeddruk en het cholesterolgehalte in het bloed. Ook verbetert het de conditie van hart en bloedvaten. Het risico op hartproblemen daalt al met 50 procent als mensen één uur per week actief zijn.

…voor de longen
Wie veel wandelt, vergroot het vermogen van de longen om zuurstof op te nemen.

…tegen diabetes
Dagelijks wandelen verlaagt het risico op diabetes type 2 met maar liefst 58 procent.

…voor de hersenen
Bij mensen die hun hele leven lichamelijk (en geestelijk) actief blijven, vermindert de kans op alzheimer met 20 tot 50 procent. Ook voor wie al dementeert, is wandelen gezond. Wandelaars zijn opgewekter en hun geheugen functioneert beter.

…tegen depressie
Wandelen werkt tegen stress en depressieve gevoelens. Angststoornissen nemen met bijna de helft af.

…voor de nachtrust
Wandelen is ook goed voor de biologische klok, waardoor in- en doorslapen beter lukken. Ook de kwaliteit van de slaap verbetert.

…tegen overgewicht
Een uur stevig doorlopen (5 kilometer per uur) kost ongeveer 240 kilocalorieën. Wie dagelijks een half uur wandelt, kan dus flink afvallen: één kilo in twee maanden en zes kilo in een jaar.

…voor de darmen
Dagelijks wandelen stimuleert de stofwisseling en is goed tegen darmverstopping.

…tegen (bepaalde soorten) kanker
Veel wandelen verkleint de kans op bijvoorbeeld darm-, borst- en baarmoederkanker. De overlevingskansen van mensen met darmkanker verdubbelen als ze elke dag een uur of meer wandelen. Voor andere soorten kanker is dit verband (nog) niet aangetoond.

Veel van de genoemde gezondheidseffecten treden pas op als je langere tijd elke dag blijft wandelen. Maar wie vandaag begint, voelt zich meteen meer ontspannen en krijgt een beter humeur. Na een week zul je al merken dat je conditie verbetert.

Wandelen een sport?

4 augustus 2015 Algemene info

8887663ffbe4bfc1faed2685c8c119e1
Eeuwenlang was wandelen voor de mens een noodzaak om van het ene naar het andere punt te kunnen komen. Paard en wagen, boot e.d. stelden de mens in staat zich makkelijker te verplaatsen. Maar pas nadat andere vormen van vervoer (fiets, tram, bus, trein en later vooral de auto) bereikbaar werden voor de grote massa, was het lopend afleggen van grote afstanden geen pure noodzaak meer. Vanaf dat moment werd lopen (wandelen) een vorm van vrijetijdsbesteding; een sport.
Een sport voor (bijna) iedereen: van heel jong, tot heel oud. Iedereen levert zijn of haar prestatie, op eigen niveau. Of men nu tachtig kilometer in tien uur aflegt, of een hele dag uittrekt voor een tocht van vijf kilometer; men beoefent de wandelsport op zijn eigen niveau, op tijden die het beste uitkomen en in het gezelschap dat de wandelaar zelf verkiest.
Wie dat wil, vindt in het wandelen bovendien een uitdaging. De uitdaging om een bepaalde afstand lopend af te leggen. Beginnend met vijf, tien of vijftien kilometer, kan die uitdaging uitgroeien tot wandelingen van veertig, vijftig of meer kilometer, al dan niet tijdens een meerdaagse tocht.

De meeste georganiseerde wandeltochten zijn in het weekeinde, maar wie zelf wil uitmaken wanneer hij wandelt, kan kiezen voor de zogenaamde recreatieve wandelpaden. Een netwerk van paden doorkruist België en is op alle dagen te bewandelen, waarbij de wandelaar zelf de per dag af te leggen afstand bepaalt.
De ene wandelaar wil er in zijn eentje op uittrekken om in de natuur zijn gedachten de vrije loop te laten. De ander loopt graag samen met een vriend of vriendin, of met het gezin. Weer anderen verkiezen het wandelen in groepsverband via wandelsportverenigingen, waarvan de leden gezamenlijk wandeltochten doen.
Juist deze variatie in mogelijkheden maakt wandelen bij uitstek tot een sport die voor bijna iedereen geschikt is. En een groot deel van de wandelaars beleeft veel plezier aan het wandelen in georganiseerd verband, dat wil zeggen aan het deelnemen aan tochten die worden georganiseerd door wandelsportverenigingen of -bonden.
Interesse om lid te worden bij de Kadodders neem dan contact op via onze inschrijfpagina. Vragen kan je steeds stellen via de contactpagina.